De USA, het deel van onze planeet waarin “God” frequenter dan waar dan ook wordt geschreven en uitgesproken. Als “down-to-earth” Europeaan deed het me vooraf reeds eventjes grijnzen toen ik in juni een slordige 200$ cash in mijn handen ontving van de bank. “In God We Trust” Het staat geschreven op elk dollarbiljet en iedere munt die in omloop is in de States en symboliseert op die manier meteen waar het hart bij veel Amerikanen van (over)vol is.
Een eerste echte confrontatie van hoe godslievend de Amerikaanse inwoner weldegelijk is werd mij achteraf toegefluisterd door mr. Artoeditoe toen ik de lift van het hotel verliet in Paso Robles. De humorist in mijn lijf had namelijk de leuze “well god be damned” iets TE grappig uitgesproken toen we vergeten waren op de knop van de lift te drukken om naar onze verdieping te gaan. Blijkbaar was het oorspronkelijk welgemutste gezicht van “the local” naast mij omgetoverd tot een verontwaardigde blik tov mijn persoon. *blush*
Daar bleef het gelukkig bij want uiteindelijk pas ik mij, zo goed en zo kwaad als mogelijk, aan tov de omgeving waar ik op dat moment vertoef. Voor alle zekerheid haalde ik dergelijke woordgrapjes niet meer uit. You gotta beware of the locals right? “In God we trust” , vaak genoeg in het straatbeeld kom je de zin of althans een variant daarvan tegen en dan was de reactie van de brave man naast mij in de lift best begrijpelijk te noemen. In de USA zouden getuigen van Jehova vaker succes hebben dacht ik kort na de debriefing. Achteraf gesproken was de reactie van de man uiteraard logisch als je ziet dat een gemiddelde Amerikaan het met de paplepel wordt ingeprent. Tijdens een gesprek met een jonge vrouw op doorreis hoorde ik namelijk dat ze iedere avond ,voor het slapen gaan, een verhaal uit de Bijbel vertelde aan haar 5 jarig zoontje om hem zo de morale waarden van het leven bij te leren.
Noem dit gerust goedgelovigheid of naïeviteit, als er iets is wat erg positief is aan dit alles dan is het de vriendelijke mentaliteit van de doorsnee Amerikaan. Altijd is er iemand bereid om te helpen als iets of iemand in de problemen blijkt te zitten. Je hoeft zelfs niks te vragen, spontaan biedt er zich altijd wel iemand zich aan met de leuze van “can I help” of “you need some help with that?” Daar kunnen we in Europa inzake spontaniteit helaas vaak een puntje aan zuigen. Misschien moeten jonge ouders dan toch maar es vlugger een Bijbel ter hand nemen om zoon of dochterlief in slaap te krijgen?