Het is nu ruim méér dan een jaar dat ik op eigen beentjes sta, en de mensen verwonderen er zich nog altijd over dat ik elke avond de energie en de moed kan vinden om voor mijzelf een potje klaar te maken. Nu, ik volg kookles, ik ga naar de fitness om als hippe 30’er voor de dag te komen, en ik betrap er mij op dat ik systematisch programma’s als “SuperSize vs SuperSkinny” begin te volgen. Er is dus echt wel geen scenario voor handen waarin ik mij ga bekeren tot fastfood junkie en waarin de lokale brandweer mij een slordige 5 jaar later mag komen takelen uit mijn bed.
Een uitzondering op de regel vind meestal zijn oorsprong in een dagje verlof. Toegegeven, op een dag als vandaag mag het wel eens ietsje gewaagder zijn dan een boterhammetje met kaas of salami.
De klok staat op 11u20, en meneer John heeft honger. Naar traditionele normen is het nog geen lunchtijd, maar daar heeft het interne systeem van meneer John geen oren naar. Het doelloos rondslenteren in de lokale MediaMarkt begint op mijn heupen te werken en de maag smeekt méér en méér om aandacht. Korte doordeweekse gerechten waarvan ik staat ben ze klaar te maken flitsen door mijn hoofd maar worden genegeerd. Mijn besluit staat vast,… McDonald’s it is.
De stelling of het al dan niet nog te vroeg is om nu te lunchen smelt als sneeuw voor de zon als blijkt dat de drive-in reeds goed gevuld staat met hongerige medemensen. In tegenstelling tot de populariteit van het” zittend bestellen”, sta ik toch als eerste in de rij aan de kassa om mijn bestelling door te geven. Ik ben totaal niet op up-to-date inzake de menukaart, dus ik geef door wat reeds jaar en dag een klassieker is: een BigMac. De jongeman aan de kassa kijkt me wat met lede ogen aan en voert met lijkwitte vingers mijn bestelling in. Zijn haar is even vettig als de hamburger welke ik straks ga verorberen, en dat doet mij in extremis beslissen om de frietjes toch maar te weigeren deze keer. Aangezien ik nog maar recentelijk een ontwenningskuur van Coke Zieeerrrow achter de rug heb neem ik tevens het besluit om een bruisend watertje als drankje te nuttigen.
Ik was vergeten hoe moeilijk het eigenlijk is om een BigMac op een beschaafde manier te slachten. Neem het mij niet kwalijk dat ik dit tik natuurlijk, want ik ben niet echt skilled inzake het vakkundig verscheuren van dergelijke hapjes. De vettige sausjes tussen het broodje en de 4 mm hamburger werken als het ultieme glijmiddel zo blijkt want het duurt niet lang alvorens de BigMac toren uit zijn voegen barst en de mortel op mijn kassaticket druipt. Als baardmens kan je tevens moeilijk voorkomen dat restanten van dergelijke maaltijden in je lokale struikgewas blijven kleven. The bad thing is, dat meneer John altijd vergeet om servietjes te pikken aan de balie en dat is natuurlijk iets wat je wel kunt vermijden.
Het McDonald’s bezoekje loopt naar zijn einde toe. De jongeman aan de balie heeft nu meer werk voor de boeg en moet de praatjes met zijn gevulde collega vaker staken. De tent loopt langzaamaan vol en ik waan mij eventjes in Schotland. Ik weet dat ik de volgende paar uur de sappige aroma’s zal blijven koesteren, maar het is zoals men het in het West-Vlaams eveneens zo sappig kan verkondigen: “Twa goe voe ne kijè”